3.2.6 Weerstandsratio
In onderstaand overzicht wordt het benodigde weerstandscapaciteit afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. Dit resulteert in een weerstandsratio, waarbij de streefwaarde van de ratio 1,2 is.
Bij die streefwaarde zijn er voldoende financiële mogelijkheden om tegenvallers op te vangen.
Berekening weerstandsratio | Streefratio = 1,2 | |||
|---|---|---|---|---|
JVW 2021 | BEGR 2023 | JVW 2022 | ||
Grondexploitatie (benodigd) | 5,100 | 5,100 | 4,400 | |
Overige exploitatie (benodigd) | 6,400 | 6,400 | 6,400 | |
Totaal benodigde weerstandscapaciteit | 11,500 | 11,500 | 10,800 | |
Totaal beschikbare weerstandscapaciteit | 30,615 | 35,470 | 45,790 | |
Weerstandsratio | 2,66 | 3,08 | 4,24 | |
Bedragen x 1 mln euro | ||||
Ten opzichte van de begroting 2023, het meest recente moment waarop wij integraal over het gemeentelijke risicoprofiel gerapporteerd hebben, is de totaal benodigde weerstandscapaciteit licht gedaald. De beschikbare weerstandscapaciteit is in het afgelopen jaar gestegen en bedraagt 45,8 miljoen euro eind 2022. De weerstandsratio (beschikbaar / benodigd) komt bij de jaarverantwoording 2022 uit op 4,24.